Kleermakers Putters zaten in het verzet

Harry, Jan en Riet Putters.

In de oorlog was er een verzetsgroep actief in Hilvarenbeek, die neergehaalde geallieerde piloten, joodse Nederlanders en andere onderduikers hielp om te ontsnappen. Tot de harde kern van de verzetsgroep behoorden de plaatselijke marechaussees (o.a. Karst Smit, Poesiat, Dave Jonkers, Huub Meeuwisse, Wisman, Kees Keurhorst), Eugène van der Heijden, Jan Naaijkens en Jan en Harry Putters, de kleermakers. Fel gekant tegen de Duitse overheersing hadden zij een verzetsorganisatie opgericht. De centraal woonachtige familie Putters hield heel het dorp in de gaten. Niets bewoog of zij wisten het. De kleermakerij in de Gelderstraat bood een vrij zicht op de centrale markt en was volgens Jan Naaijkens een broeinest van het verzet.

Riet Putters, de jongste dochter van de familie, haalde in 2008 op 86-jarige leeftijd in Canada herinne­ringen op uit haar jeugd in de oorlogstijd. Op verzoek van haar oudere broers, Jan en Harry, ging zij op 20-jarige leeftijd vaak per fiets berichten doorgeven of voedsel brengen naar onderduikplaatsen van vluchtelingen. Soms werd ze door Duitsers aangehouden met het verzoek om haar Ausweis te tonen. Een keer werd ze aangehouden met een tas eten en veel te verdelen voedselbonnen. De ze­nuwachtige Riet Putters kreeg een totaal andere vraag dan ze verwachtte: ‘Sie kommen doch auch heuten Abend zum tanzen beim Wirtschaft Hezemans?’

Het gaan dansen bij de buurman Café Hezemans (nu herberg St. Petrus) – ook met Duitse militairen – bleek voor haar veel ‘bewegingsvrijheid’ op te leveren; ook al had je dan na de oorlog heel wat uit te leggen. Geen enkele keer raakte ze in grote problemen. Ze zei dat ze dat te danken had aan haar vrouwelijke jeugdigheid tegenover de vaak jonge Duitse controleurs. Nu achteraf vond ze het een spannende avontuurlijke tijd, die de sleur van het simpele dorpsleven onder­brak.

Alleen haar vader was op de hoogte van de aard van haar ‘uitstapjes’. De moeder mocht absoluut niets weten van de illegale acties van haar zonen en dochters. Deze harde kern werd ondersteund door medewerkers en sympathisanten zoals Frans Zigenhorn, de dames Mol, Theo Soontiëns, Piet van Geel, dominee Terlet, Ir. Cees van Meel, Annie Hesselmans, de protestantse boeren Gerritsen en  Van Liere te Esbeek en Kees van Halteren.

[Bron: Harry Putters in Tussen Paradijs en Toekomst, 2011/2012]

De Gelderstraat in Hilvarenbeek jaren dertig. De kleermakers Putters hadden hun zaak in het pand naast de herberg (gedeeltelijk achter de elektriciteitsmast). Van daaruit hadden zij een goed zicht op wat er zich in het centrum van het dorp afspeelde.